Een directe leiding wordt door de Gaswet gedefinieerd als: “elke leiding voor gasvervoer die fysisch geen deel uitmaakt van het geïnterconnecteerd net” (art. 1, 18°). Het geïnterconnecteerd net wordt daarbij gedefinieerd als “elk samenstel van met elkaar verbonden vervoersnetten” (art. 1, 17°).
Opdat een vervoersvergunning voor een directe leiding wordt toegestaan, wordt echter ook nog rekening gehouden met het feit of het gebruik van het geïnterconnecteerd net tegen redelijke economische en technische voorwaarden mogelijk is (art. 3). De aardgasvervoersbeheerder, Fluxys, wordt hieromtrent geconsulteerd. Enkel wanneer dergelijk gebruik tegen redelijke technische en economische voorwaarden niet mogelijk is, zal de aanleg van een directe leiding worden toegestaan.