11.2.3 Vlaanderen

Beleid en voorbeelden rond duurzame bedrijventerreinen in Vlaanderen

De Vlaamse subsidieregeling voor de aanleg en heraanleg van bedrijventerreinen streeft een grotere duurzaamheid bij bedrijventerreinen na en werd in 2007 aangepast aan de groeiende CO2-emissie-eisen. Naast een reeks kwalitatieve richtlijnen inzake ontwerpplan, uitgifteplan en beheersplan, dienen nieuwe bedrijven op de ondersteunde terreinen voortaan een CO2-neutraal elektriciteitsverbruik te kennen. Daarmee is het belang van energiemaatregelen op bedrijventerreinen in Vlaanderen wettelijk geïntroduceerd.

De ontwikkeling van duurzame bedrijventerreinen is gericht op zorgvuldig ruimtegebruik, goed beheer en interbedrijfssamenwerking. Het gaat om het ondersteunen van de verduurzaming van de gevestigde bedrijven. Duurzaam ondernemen streeft ernaar een positieve bijdrage te leveren op ecologisch, sociaal en economisch vlak.

Voorbeelden van duurzame bedrijventerrein in Vlaanderen zijn:

  • Evolis: Flanders smartest business park
  • CeDuBo: Centrum Duurzaam Bouwen

Het proefschrift 'Analyse van de verduurzaming en samenwerkingsverbanden op bedrijventerreinen in Vlaanderen' leert ons dat bedrijventerreinen in Vlaanderen voornamelijk voorzien in een goede ontsluiting van het terrein en dat er vaak intensief ruimtegebruik aan bod komt. De samenwerkingsacties specifiëren zich voornamelijk rond het verbeteren van de infrastructuur, uniforme bewegwijzering, infosessies en acties rond collectieve beveiliging. Samenwerking rond duurzame energie (zonnepanelen en windmolens) wordt steeds meer en meer afgewogen d.m.v. studies, maar de uitvoering laat vaak op zich wachten. Knelpunten bestaan voornamelijk uit een gebrek aan engagement (goodwill, solidariteit) en de afwezigheid van een trekker omtrent acties. Vaak zijn er op Vlaamse bedrijventerreinen eveneens vrij differentiële sectoren aanwezig, wat een samenwerking bemoeilijkt. De afwezigheid van een overkoepelende structuur of wetgeving en de monetaire aspecten rond samenwerking zijn eveneens triggers waar bedrijven afhaken bij samenwerkingen.

In het proefschrift Reductie van CO2-emissies op bedrijventerreinen in Vlaanderen door energiemanagement en energieplanning (Tom Maes, UGent, 2011) worden de praktijkervaringen met een integrale aanpak van de CO2-emissiereductie op bedrijventerreinen bestudeerd. Het proefschrift bevat naast de evaluatie van de Vlaamse situatie ook vele voorbeelden van vergelijkbare plannen en activiteiten voor energie-neutrale bedrijventerreinen in Engeland, Nederland en Canada. Daarbij komen ook de wet en regelgeving in die betrokken landen aan de orde.

De CO2-emissiereductie toont zich als een fundamentele sturende ambitie in alle fasen van de ontwikkeling van bedrijventerreinen: als beheersprincipe voor ruimtelijke ordening en stedenbouw, als oriëntatieprincipe voor het ontwerp van terreinen, als regulerend/stimulerend/ ondersteunend/ participerend principe voor de uitgifte en het beheer. Om de toegevoegde waarde van duurzame bedrijventerreinen te realiseren is op alle niveaus meer inzet en steun gewenst. Een belangrijke rol is weggelegd voor de planningsverantwoordelijken in de regio van het bedrijventerrein om de energiegestuurde locatiekeuze en de voorziening van de bedrijventerreinen van hernieuwbare energie te steunen. Net zo gewenst is een solide draagvlak bij de lokale overheden om bij moeilijkheden in het ontwikkelingstraject van het terrein en in functie van het dragen van consequenties te kunnen doorzetten in gestelde en noodzakelijke ambities. Eén van de kernpunten in het proces van verduurzaming op bedrijventerreinen is precies de activering van de gevestigde bedrijven om deel te nemen in het koepelmanagement van een terrein.