Bij het technisch ontwerp voor een ECP is de primaire focus gericht op de biomassa input, de conversietechnieken en toepassing van belangrijkste outputs (met inbegrip van volumineuze reststromen). Op basis van het globale procesontwerp kan vervolgens gekeken worden naar mogelijkheden om nevenstromen (inclusief warmte) hoogwaardiger te benutten of te verwerken. Daarbij kunnen de volgende stappen worden doorlopen:
- in kaart brengen van verwachte reststromen (hoeveelheden, samenstelling en kwaliteit) inclusief restwarmte (hoeveelheid en kwaliteit: temperatuur, toestand) van de processen binnen het cluster;
- technisch uitwerken van mogelijke benutting van die reststromen binnen het cluster (directe benutting of eventueel na opwaarderen);
-
haalbaarheid en optimalisatie:
- kosten-baten analyse: besparingen of extra waarde-creatie ten opzichte van de kosten;
- duurzaamheidsanalyse: vergelijk impacts van geïntegreerd systeem met gangbare oplossingen;
-
praktische toepasbaarheid:
- hoe om te gaan met fluctuaties in behoefte en beschikbaarheid van de reststroom (bijvoorbeeld door buffering, door aanpassen van sturing één van de processen, door back-up uit een externe bron of anders);
- technische mogelijkheden inclusief kwaliteitsbeheersing.
Omdat in de regel meerdere partijen betrokken zijn bij de ontwikkeling van het ECP wordt dit zoekproces door de gezamenlijke partijen doorlopen. Onvoldoende zicht op de mogelijkheden van de andere partijen kan het zoekproces vertragen. Daarom is het gebruik van een algemene rekentool (zoals het ECP stofstromenmodel) aan te raden. Het verschaft globaal inzicht in de stofstromen van zowel je eigen proces als dat van andere partijen.